In bussen in de stad Chicago (VS) komen stichtelijke boodschappen uit de luidspreker. Een operator vraagt mensen vriendelijk geen overlast voor medereizigers te veroorzaken, zoals harde muziek. Op de wand staan advertenties die verkouden mensen voorhouden zoveel mogelijk te voorkomen dat ze anderen besmetten. In een digitale regel lopen bemoedigende woorden als ‘doe je best en je zult iets bereiken’ en ‘vertrouw erop dat je van betekenis bent voor de maatschappij’. Niet gek in een land waar de meeste mensen weinig moeten hebben van overheidsbemoeienis met het persoonlijk leven. Wat opvalt, is de, oppervlakkige, aansporing tot individuele ontwikkeling en sociaal gedrag.
In Nederland werd een beschavingsoffensief à la Balkenende’s ‘normen en waarden’ smalend geassocieerd met spruitjeslucht en afgeserveerd als paternalisme. Toch duikt het thema steeds weer op. Eerder dit jaar kwam Andrée van Es, wethouder voor GroenLinks in Amsterdam, met een pleidooi voor hoffelijkheid in de stad [1]. En de Wiardi Beckmanstichting (WBS), het wetenschappelijk bureau van de PvdA, wijdt nu een dubbeldik nummer van haar tijdschrift Socialisme en Democratie aan ‘verheffing’. Het is het tweede nummer in een serie van vijf in het kader van het dit jaar gestarte project Van Waarde. In dat project onderzoekt de WBS wat, gezien de idealen en beginselen van de PvdA, van waarde is, hoe dat onder druk staat en wat de partij eraan kan of moet doen. Het eerste Van Waarde themanummer was gewijd aan bestaans(on)zekerheid, met onderwerpen als (on)veiligheid, spanningen tussen bevolkingsgroepen, arbeid en zorg en pensioenen. En het tweede dus aan ‘verheffing’. Een divers gezelschap van wetenschappers, publicisten, journalisten en vertegenwoordigers van de PvdA en andere linkse partijen schrijft over de traditie van volksverheffing, de noodzaak van verheffing nu en de belangrijkste vehikels daarvoor: opvoeding en onderwijs. Kunst en cultuur komen slechts zijdelings aan bod.
Links moraliseren
Wat verstaan de auteurs onder verheffing? Monika Sie Dhian Ha, directeur van de WBS, vertaalt het oude verheffingsideaal in een 21ste eeuwse variant als ‘het goede leven doorgeven’. Een weinig politiek noch aansprekend beeld, dat eerder beelden oproept van Bourgondisch tafelen dan van mens en maatschappij op een hoger cultureel of beschavingsniveau brengen. Gastschrijvers Bas van Stokkum, filosoof/socioloog aan universiteiten in Amsterdam en Nijmegen, en Dick Pels, directeur van het wetenschappelijk bureau van GroenLinks, zijn wat dat betreft duidelijker. ‘Volksverheffing is in ongerede geraakt,’ stelt Van Stokkum, maar ‘beschavingswerk is nodig om mensen beter toe te rusten voor de uitdagingen van een turbulente samenleving.’ Keuzevrijheid en zelfbeschikking zijn in zijn ogen verabsoluteerd en belangrijker geworden dan persoonlijk welzijn of ontwikkeling. Als iemand zich kapot wil drinken, is dat zijn eigen vrije keuze. Iemand die er wat van zegt zou bevoogdend of betuttelend zijn. Van Stokkum vindt dat de sociaaldemocratie/links zich uit moet spreken over leefwijzen die zij de moeite waard vindt. Wat hem betreft staan waarden als zelfbeheersing en matiging als alternatief tegenover excessief begeren en consumeren, waardige omgangsvormen tegenover ‘ik zeg wat ik wil’ of ‘bemoei je met je eigen zaken’ en actief bijdragen aan het publieke leven ten slotte tegenover alleen voor je eigen genoegens zorgen. Een eigentijds progressief beschavingsoffensief moet wel gepaard gaan met respect voor de individuele vrijheid van mensen, vindt Van Stokkum. Verleiden in plaats van verplichten dus.
Ook Dick Pels houdt een pleidooi voor hernieuwd paternalisme, in een niet-paternalistische vorm: ‘een beschavingsoffensief op vrijzinnige grondslag’. Vrijheid, zelfontplooiing, individuele autonomie en antipaternalisme zijn niet meer wat ze geweest zijn, maar ‘gekaapt door rechts en geperverteerd door neoliberaal consumentisme en neonationaal populisme’. Belediging is een heftige vorm van vrije meningsuiting geworden, het vrijheidsideaal is doorgeschoten en individualisme is vaak amoreel en asociaal, aldus Pels. Links moet terrein heroveren op het gebied van verheffing en weer progressief invulling geven aan vrijheid. Wat Dick Pels betreft, zou links moeten moraliseren over wijzen waarop vrijheid en emancipatie het beste kunnen worden ingevuld, bijvoorbeeld door milieubewust, verantwoordelijk en solidair gedrag en‘democratische matiging’. Daarbij moet links niet bang zijn voor elitair te worden uitgemaakt. Het vrijzinnige van dit hernieuwde paternalisme is, zo stelt Pels, duidelijk maken dat niemand de waarheid in pacht heeft over wat het goede leven is, maar wel ideeën en idealen. Het gaat er om burgers met respect voor verschillende leefwijzen en met inachtneming van het beginsel van leven en laten leven te verleiden tot goed en fatsoenlijk gedrag.
Andere auteurs in het Socialisme & Democratie themanummer wijzen er op dat de sociaaldemocratie/links burgers die beschaving niet alleen moeten voorhouden maar ook voorleven, door zelf het goede voorbeeld te geven. PvdA-bestuurders die torenhoge salarissen en bonussen incasseren en anderen matiging voorhouden: dat kan niet meer. Evenals het onderwijs optuigen met opdrachten ter verheffing, zoals culturele vorming en burgerschapskunde: ook daar zit wat schrijvers als Jan Blokker jr. een grens aan. Verschillende auteurs stellen dat het onderwijs geen instrument moet zijn van steeds nieuwe, door de politiek bedachte idealen. Het onderwijs, als middel voor ontwikkeling, emancipatie en sociale stijging, is door de politiek kapot hervormd en door de markt voor economische karretjes gespannen. Het moet weer aan de onderwijsprofessionals worden overgelaten. Universiteiten moeten aan vrije wetenschapsbeoefening kunnen doen. Ook de opvoeding van kinderen is te sterk gericht op alleen werk en consumeren. Wat ontbreekt, is de opvoeding van jongeren tot kritische en verantwoordelijke burgers.
De S & D bundel bevat een rijke verzameling bijdragen. Nu nog zorgen dat de wijze wegwijzers ook gezien en gevolgd worden door al die mensen, laag en hoogopgeleiden (daarover geen misverstand), met en zonder korte lontjes, die precies in tegenovergestelde richting lopen. Het is te hopen dat het Van Waarde project van de Wiardi Beckman Stichting meer wordt dan een canon en leidt tot voorbeeldgedrag en lonkende idealen.
S & D, maandblad van de Wiardi Beckman Stichting, jaargang 68 nummer 7 + 8 2011, Boom Tijdschriften
zie ook: http://www.wbs.nl/node/1003
[1] ‘Hoffelijkheid maakt ontmoetingen makkelijker. Zorgt ervoor dat we elkaars grillen of rariteiten beter kunnen verdragen. Maar stelt ook een grens aan het gedrag dat we van andere respecteren.’