‘Linkse partijen moeten nu snel de krachten bundelen’ schrijft Frans Timmermans, Tweede Kamerlid voor de PvdA in zijn driewekelijkse column in NRC Handelsblad. Timmermans vraagt ‘hervormingsbereidheid’ van zijn linkse vrienden en vriendinnen. Ook moet er ‘een nieuwe synthese tussen individualisme en gemeenschapszin’ komen. Gebundeld links moet, samen met het politieke midden, ‘opnieuw invulling geven aan de verzorgingsstaat’. Zijn betoog had zo uit het verkiezingsprogramma van GroenLinks, uit de onderhandelingsinzet voor regeringsdeelname van GroenLinks en D66 in 2010 of uit het oprichtingsmanifest van de Waterlandstichting kunnen komen. Is er dan toch nog hoop of zelfs perspectief op linkse samenwerking? Zijn ook de PvdA en SP bereid de arbeidsmarkt en de woningmarkt te hervormen? Of is polemiseren nu niet opportuun en moeten verschillen met de mantel der linkse liefde worden bedekt? Timmermans vindt dat linkse partijen, gezien grote maatschappelijke problemen als de groeiende kloof tussen arm en rijk, ‘niet meer naar elkaar moeten loeren dan naar de inhoudelijke tegenstander’. Spring over je eigen schaduw heen, zegt hij, eerst tegen zijn eigen PvdA, dan tegen de linkse broeders en zusters. Bravo!
Hoe verleidelijk ook, zoiets lijkt er in Nederland op het moment niet in te zitten. Binnen de PvdA gaan weliswaar jonge stemmen op de partij sterker links te profileren. Progressieve samenwerking kan daar onderdeel van zijn. Jolande Sap van GroenLinks laat op de vraag wanneer links (eindelijk) een gezamenlijke vuist gaat opheffen tegen het rechtse kabinet Rutte/Wilders, weten bij de PvdA steeds nul op de samenwerkingsrekest te krijgen. Sap: ‘Hoe vaak wil je worden afgewezen?’ D66 zoekt de ruimte meer en meer in het midden, nu de VVD, het CDA en de PvdA door respectievelijk populistisch rechts en populistisch links naar de rechter- en linkerflanken worden getrokken. Het is de vraag of D66 zich, behalve als vrijzinnig, überhaupt als links wil afficheren. En als D66 toch aan de progressieve tafel wordt genood, waarom dan niet ook de Partij voor de Dieren en de ChristenUnie, zoals de site HartLinks.nl doet.
Bart Snels schreef onlangs een gloedvol betoog over een fusie tussen de vrijzinnige partijen GroenLinks en D66 in het midden van het politieke spectrum (in De Helling 3/2011 en Volkskrant, 17 september 2011). Kritisch GroenLinks van Leo Platvoet e.a. jaagt juist een zuiver linkse samenwerking tussen PvdA, SP en GroenLinks na. Platvoet en de zijnen putten daarvoor moed uit de vier Deense linkse partijen die onlangs, vóór de verkiezingen, een blok vormden en genoeg stemmen kregen om een centrumlinkse minderheidsregering met gedoogpartner te vormen. Daarmee stootten ze de rechts-populistische grote zus van onze Geert, de Deense Volkspartij, uit het centrum van de macht.
In peilingen zitten D66 en SP in de lift, ieder op eigen kracht. Zij moeten op dit moment extra worden verleid de maatschappelijke zaak zwaarder te laten wegen dan hun eigen partijbelangen. Wat de SP betreft, werkt ook de door gestaalde partijkaders in de vakbonden ingezette ramkoers tegen het gesloten pensioenakkoord, waarmee de PvdA onder voorwaarden instemde, niet mee.
Linkse samenwerking, het is een gekoesterd ideaal dat steeds weer de kop opsteekt en even vaak het loodje legt. Na de vorige Tweede Kamerverkiezingen trok links samen op. PvdA, GroenLinks en D66 probeerden met Rutte’s VVD een paars-groen kabinet te vormen. PvdA, GroenLinks en SP maakten begin 2011 tijdens de manifestatie Een ander Nederland een statement door naast elkaar op het podium verzet tegen het kabinet Rutte/Wilders aan te kondigen. Ze traden inderdaad hier en daar samen op tegen de bezuinigingen op de sociale werkvoorziening, passend onderwijs, cultuur en het persoonsgebonden budget. Maar verder?
Om heilloos kwartetten over de vraag wie wel/niet mee mag/moet doen aan linkse samenwerking, is linkse machtsvorming door gelegenheidscoalities rond een aantal thema’s momenteel de beste optie. Eerlijke verdeling van de kosten van de crises (d.w.z. mensen zonder geld niet op laten draaien voor de gevolgen van de banken/schuldencrises), lastenverzwaringen naar inkomen, investeren in onderwijs en groene economie, hervorming van de woningmarkt, activeren waar mogelijk en beschermen waar nodig van kwetsbare mensen en internationale solidariteit, met volkeren en mensenrechten in de verdrukking. Laten de partijen die elkaar op deze punten kunnen vinden eens blaffen én bijten. Rond onderwerpen als Europa kunnen ze dan rustig van mening blijven verschillen.
Links, werk samen, het liefst met passie!