Langzaam maar zeker verdwijnen steeds meer Amsterdamse woningen buiten het (financiële) bereik van mensen met lage inkomens. Het aanbod van sociale huurwoningen, betaalbare particuliere huurwoningen en betaalbare koopwoningen neemt af. Je kunt voor een ‘ongedeelde stad’ zijn (wie is daartegen?) en tegen ‘tweedeling’ (al wat minder mensen en partijen), maar de feiten spreken.
Gaven huurders dertig jaar geleden 13-15% van hun inkomen uit aan huren/wonen, nu is dat ruim 30%. Op dit moment zijn er nog rond 220.000 sociale huurwoningen, straks tienduizenden minder. Woningen die door ‘mutaties’ en/of renovatie andere bewoners krijgen, schieten direct door de bovenste huurgrens, wat het einde betekent van hun bestaan als sociale huurwoning. Ook in de particuliere sector worden meer betaalbare huurwoningen aan het bestand onttrokken dan dat er nieuwgebouwde betaalbare woningen terugkomen. De coalitie van VVD, D66 en SP in de gemeente legt de ondergrens bij 187.000 sociale huurwoningen, niet minder maar méér hoeft van deze partijen ook niet. Starters als studenten en expats schijnen in Amsterdam nog een kamer of woning te kunnen vinden; voor hen wordt nog genoeg om- of bijgebouwd of hun inkomen is hoog genoeg voor Engelse toestanden in de hoofdstad. Maar huishoudens die iets groter of juist kleiner willen wonen, blijven zitten waar ze zitten of moeten hun heil buiten de stad zoeken. De ‘huursprong’ naar een andere woning in Amsterdam is te groot of er is geen passend aanbod. Laten we de stand van zaken meerdeling noemen: er is nog plek voor verschillende groepen. De winnaars en verliezers op de woningmarkt laten zich echter al uittekenen.
In de Randstad is de spanning tussen vraag en aanbod het grootst en, daarbinnen, in Amsterdam het allergrootst. Amsterdam heeft er, als by far dé Airbnb-stad in Nederland, nog een prijsopdrijvend effect van de vakantieverhuur bij. De verhuurbaarheid van koopwoningen op Airbnb, vooral in zeven populaire Amsterdamse buurten, is deel gaan uitmaken van de vraag/geboden prijzen en bijbehorende hypotheken. Mede daardoor gaan huizenprijzen omhoog, gevolgd door de WOZ-waarde. Omdat WOZ-waarden tegenwoordig ook meetellen in het puntenaantal van huurwoningen, gaan de huren in Amsterdam extra omhoog.
De onbetaalbaarheid (ook mét huurtoeslagen) van de huur treft steeds meer mensen. Als straks ook de huurtoeslag omlaag gaat, wordt het dan bubbelen of verdrinken? Minister Stef Blok van Wonen vindt hoge huren en huizenprijzen ‘geen woonvraagstuk’. Wonen is een grondrecht in Nederland en de meeste mensen met lage inkomens wonen, al dan niet relatief, nu nog goed, ook in vergelijking met buurlanden. Je zult maar je baan verliezen, weinig inkomen en/of schulden hebben, gaan scheiden en je huis uit moeten. Waar kun je naartoe met de hoge huren en onbetaalbare huizen? Rotterdam gaat 20.000 sociale huurwoningen slopen terwijl gemeenten in de regio Rotterdam alles doen om lage inkomensgroepen uit de grote stad buiten de deur te houden. Houdt Amsterdam arm en rijk, sjiek en sjofel bij elkaar?