Het boek Andreas Burnier. Metselaar van de wereld is uit. Gelukkig staan er drie romans van Andreas Burnier in de kast om het gemis van een te boek gesteld leven dat boeit te verzachten. Ik zal ze nu wellicht met andere ogen lezen dan destijds. Elisabeth Lockhorn heeft mij met haar biografietje (zij houdt van verkleinwoordjes) van Ronnie Dessaur alias Andreas Burnier een groot plezier gedaan. De tragiek, ambities, bellettrie, essays, jongensclub, relaties, geloven, het poneren van onwelgevallige standpunten en de geestigheid, het is allemaal even leerzaam, lezenswaardig, interessant of leuk. Knap als iemand zo’n complex leven kan comprimeren tot achter de rug van één bundel .
De biografie is meer geworden dan Lockhorn in haar verantwoording zegt te hebben beoogd: de inslag van het leven van Dessaur/Burnier proberen bloot te leggen in de schering van haar literaire werk. Niet alleen omdat de kwaliteiten en bijzonderheden van iemand als Dessaur/Burnier bijna als ‘vanzelf’ ook een beetje afstralen op de biograf(i)e. Ook omdat zoekers à la deze Joodse professor, van welke pluimage ook, inzichten of zelfs antwoorden (zullen) vinden op hun eigen levensvragen of geworstel. Hoe verhoud je je tegenover ‘het kwaad’ in de wereld, verlicht kennis, is er leven voor de geboorte en na de dood, ben je als je ‘links’ en ‘feministisch’ bent automatisch ‘voor’ vrije abortus? Van die dingen.
Met de ‘metselaar’ in de titel verwijst Lockhorn mogelijk naar de (duitse, met kleine d) vrijmetselarij. Maar omdat dat er niet staat, is die titel ongelukkig. Dessaur/Burnier de beroepspolemist schopte namelijk menig heilig huis omver, zocht vaak de rand en het conflict op. Hoewel na het breken wel altijd weer werd gebouwd, zo leren we van de biografie.
Een gemis vind ik het ontbreken van de stem van de twee kinderen van Ronnie/Andreas. Zij was onmachtig voor hen te zorgen en op te voeden, maar ze figureren tussen de regels door toch in haar leven, tot het einde toe. Opeens blijkt ze kleinkinderen te hebben, of verricht haar dochter werkzaamheden voor een van haar boeken. Ze worden echter niet als bron opgevoerd, noch bedankt. Wilden zij niet meewerken aan de biografie, ontstond er onenigheid over het eindproduct? De kleuter die ons op de cover van het boek aankijkt, ziet er niet bepaald zorgeloos gelukkig uit, haar latere ervaringen als Joods onderduikkind hebben haar voor het leven getekend en ‘onmachtig’ als moeder gemaakt. Hoe kijken zoon en dochter terug op hun ma, die zoveel verschillende gedaanten heeft aangenomen? Met die vraag blijf ik als geboeide lezer zitten.