Voor steeds meer mensen met een ernstige aandoening is werken, naast zorg, nadrukkelijk een optie geworden. Hoe pakken Utrecht en Venlo passende arbeid voor hen aan?
SW-Journaal december 2018
Zoals er vele wegen naar Rome leiden, kunnen mensen met een ernstige aandoening of arbeidsbeperking langs verschillende routes bij arbeidsmatige dagbesteding of betaald werk komen. Voor steeds meer mensen is werken, naast zorg, nadrukkelijk een optie geworden, of het nu gaat om hoogbegaafden met autisme, chronisch zieken of jongeren met een verstandelijke beperking.
Gemeenten, UWV en re-integratiebedrijven faciliteren trajecten naar arbeidsmatige activiteiten. Tot voor kort in SW-bedrijven, nu bij sociale ondernemingen, Huizen van de Wijk en, heel soms, reguliere bedrijven. SW-Journaal gaat kijken in Utrecht en Venlo.
Coffeemania Utrecht
Bij brasserie Coffeemania in Utrecht staan vijftien mensen met niet-aangeboren hersenletsel achter de bar, in de keuken en in de bediening. Zij werken allemaal voor enkele uren per week en kunnen, als de mogelijkheid er is, doorgroeien van arbeidsmatige activering naar re-integratie op de arbeidsmarkt. Boogh, specialist in begeleiden, behandelen en re-integratie van cliënten met hersenletsel, begeleidt hen. ‘Mensen bloeien op van werken in een tent waar rekening met hen wordt gehouden,’ zegt Ilse Claessen, projectleider arbeidsmatige dagbesteding bij Boogh.
Boogh en een sociale onderneming richtten samen brasserie Coffeemania by Boogh op, waar mensen met niet-aangeboren hersenletsel werkervaring kunnen opdoen en zich ontwikkelen. Ilse Claessen coördineert hun begeleiding en de financiering daarvan. ‘Vroeger bood Boogh mensen met niet-aangeboren hersenletsel met name dagbesteding. Twintig jaar geleden kwam daar individuele begeleiding naar vrijwilligerswerk bij. Dit aanbod is uitgebouwd met arbeidsre-integratie richting betaald werk.’ De begeleidingstrajecten, die in principe niet langer dan een jaar duren, worden vergoed vanuit UWV-, participatie-, Wmo- of zorgverzekeringsgelden. Bij Coffeemania Utrecht werken momenteel vooral mensen met een indicatie vanuit de Participatiewet, de Wet langdurige zorg en de Wet maatschappelijke ondersteuning. Binnenkort willen we echter ook een werkplek Nieuw Beschut aanbieden. Daarvoor geeft UWV de indicatie af, de gemeente betaalt de begeleiding. Ilse Claessen: ‘Voor medewerkers uit onze doelgroep zijn de eisen om voor zo’n beschutte werkplek in aanmerking te komen vaak te hoog. Mensen met hersenschade hebben wel loonwaarde maar zijn doorgaans niet belastbaar voor het vereiste aantal uren ‘beschut’.’ Coffeemania by Boogh onderzoekt of andere re-integratiekandidaten bij de brasserie werkfit kunnen worden of werkervaring kunnen opdoen. Het is tegenwoordig een erkend leerwerkbedrijf en leidt op tot mbo assistent horeca niveau 1. Ook kunnen leerlingen uit het VSO zich bij Coffeemania Utrecht met een Borisaanpak voorbereiden op arbeidsdeelname https://www.borisbaan.nl/homepage.html.
Intensieve begeleiding
Je moet goed op de hoogte zijn en de weg weten te vinden in de vele wetten, regelingen en mogelijkheden, maar dan heb je ook wat. Ilse Claessen: ‘Mensen zoeken bij Coffeemania by Boogh uit hoe zij zich kunnen ontwikkelen. De doelstelling verschilt per persoon, van arbeidsmatige activering of dagbesteding tot arbeidsparticipatie. Én uitstroom, want we houden mensen die hier komen voor activering en dagbesteding niet vast. Zij zetten stapjes op de participatieladder. Mensen streven naar het hoogst haalbare; dat kan betaald werk zijn, maar dat hoeft niet. Als iemand terugvalt, houden we daar ook rekening mee. De cliënt staat centraal, regelingen moeten zich daaromheen vouwen.’
Ze noemt een voorbeeld van iemand die zich ontwikkelt. ‘Een jongen met niet-aangeboren hersenletsel en daardoor lang onbegrepen gedrag en problemen thuis en op school. Hij kwam van heel ver en had weinig arbeidsvaardigheden. Hij begon bij ons met één uur werken in de week. In het begin kwam hij soms niet opdagen, nu is hij er elke week twee uur achter elkaar. Hij is helemaal opgebloeid.’
Mensen met hersenletsel zijn beperkt belastbaar en een brasserie kent piekmomenten, hectiek en drukte in de bediening en de keuken. Daarom is de begeleiding intensief. Ilse Claessen: ‘Er is één begeleider op vier, vijf medewerkers. De werkleiders, geschoold als sociaalpedagogisch hulpverlener, combineren arbeidsmatige coaching en zorg. Zij zijn stootkussens tussen bedrijf en medewerkers en helpen de medewerkers hun grenzen te leren kennen en vooral ook om die aan te geven.’
Venlo KanDoen
Venlo betrok in de aanloop naar de Participatiewet niet alleen de mensen uit de oude Wajong, WSW en Bijstandswet bij het nieuwe toeleiden naar werk, maar ook mensen met een voorziening uit de Wet langdurige zorg (vroeger AWBZ). Sinds 2015 is de gemeente doende het accent te verleggen van sociale werkplaatsen aan de rand van de stad naar werkplekken in de wijken. Venlo probeert de samenleving bij het werken in de wijken te betrekken. De nieuw opgezette werkvoorziening KanDoen heeft inmiddels drie locaties in verschillende delen van Venlo. ‘Wij willen mensen met diverse achtergronden, zorg- en begeleidingsbehoeften rond arbeidsmatige activiteiten zinvol werk laten doen ín de wijken,’ zegt Karin Pama, beleidsadviseur bij de gemeente. ‘Venlo wil wederkerigheid mogelijk maken en buurtbewoners bijvoorbeeld laten samenwerken met wijkgenoten met een zorgbehoefte.’ Voor ruim 200 SW-medewerkers die minder dan 30% van het minimumloon kunnen verdienen, is KanDoen sinds 2015 het alternatief geworden voor het regionale SW-bedrijf, de WAA Groep. Zij zijn gedetacheerd in stadsdelen en werken in groenvoorzieningen, onderhouden Huizen van de Wijk, knappen fietsen op en doen huishoudelijke diensten in gemeenschapsaccommodaties. In de begeleidende teams zitten zowel coaches van de WAA Groep en van zorgaanbieders als jobcoaches van de gemeente.Hans Verreck werkt sinds 2004 bij de WAA Groep en is zo’n teamcoach. Vanaf 2015 is hij gedetacheerd als werkleider van KanDoen in de Venlose stadsdelen Tegelen, Belfeld en Blerick. Hij zocht voor 65 SW’ers van de WAA Groep passende werkplekken, plaatste hen en begeleidt hen. In de nieuwe functie combineert KanDoen arbeidsmatige werkzaamheden met ondersteuning bij sociaal functioneren. Dat pakt goed uit. Hans Verreck: ‘Mensen voelen zich in de wijk prettiger omdat zij iets voor hun medebewoners kunnen betekenen, bijvoorbeeld als medewerker in het Huis van de Wijk. Het gros van de gedetacheerde SW’ers is beter op z’n plek dan voorheen. Zij zijn vanuit een beschermde werkomgeving binnen naar een beschermde werkomgeving buiten gegaan. Ik vind het knap dat de doelgroep zo flexibel blijkt te zijn.’ Ook over het nieuwe samenwerkingsverband is Hans Verreck positief. ‘Ik zit in een begeleidingsteam met mensen uit de Ggz, het welzijnswerk en de zorg. Zij hebben een andere kijk op mensen. Ik deed altijd alleen arbeidsmatige begeleiding, zij begeleiden persoonlijk. Dat brengen we nu samen. Ik ervaar daarbij geen botsingen. Juist de combinatie van arbeidsmatige en persoonlijke ondersteuning blijkt bijvoorbeeld te leiden tot minder doktersbezoek van KanDoen-medewerkers. Vroeger gingen mensen dertig keer per jaar naar een arts, nu een stuk minder. Zij voelen zich veilig.’Aandachtspunt is dat de oude WSW’ers nog onder de cao voor SW-bedrijven vallen en een goed salaris verdienen, terwijl nieuwe instromers vanuit de Participatiewet, het voortgezet speciaal onderwijs en de Wlz in re-integratietrajecten zitten en niets verdienen of met behoud van uitkering werken. Voor beschut werk is (nog) geen cao.
Samenredzaamheid
Er is een begin van betrokkenheid bij KanDoen in Venlose buurten. ‘Bewoners maken gebruik van de voorzieningen waar de beschutte medewerkers werken,’ zegt Hans Verreck. ‘Zij maken hen complimenten en werken hier en daar als vrijwilliger mee.’ De meerwaarde van het naar vermogen werken in de wijk is volgens beleidsadviseur Karin Pama dat KanDoen’ers zich gezien voelen en de inzet van zware zorg wordt voorkomen. Als het lukt beschut werkenden samen te brengen met wijkbewoners die misschien eenzaam zijn, kan zelfs een win/winsituatie ontstaan. ‘Dan doen beide groepen weer mee. Doel van deze transitie is samenredzaamheid ontwikkelen en de verantwoordelijkheid van de zorgende overheid terug te leggen in de gemeenschap.’
WIJ 3.0 Utrecht
De grootste aanbieder van activering en re-integratie in de stad Utrecht is WIJ 3.0. De organisatie biedt uiteenlopende groepen mensen met een aandoening en/of beperking mogelijkheden voor maatschappelijke en/of arbeidsparticipatie. WIJ 3.0 heeft zowel dagactiviteiten waar mensen elkaar kunnen ontmoeten als een wijk/klussenbedrijf en OpMaat-trajecten die re-integratiekandidaten in een jaar voorbereiden op werk. ‘Voor OpMaat moeten zij wel 16 tot 24 uur per week kunnen werken,’ legt teamleider Annelies Nanning uit. ‘De trajecten zijn bedoeld voor mensen met ontwikkelperspectief die bij de gemeente al in beeld zijn en een volgende stap kunnen zetten.’
Zowel de gemeente als wijkteams en zorgaanbieders kunnen in Utrecht kandidaten aanmelden voor een OpMaat-traject. In de praktijk komen de meeste aanmeldingen echter vooral van Werk en Inkomen van de gemeente (arrangement 4, zorgklanten). ‘Bij wijkteams overheerst denk ik de zorggedachte. Activering is aandachtsgebied maar de stap naar werk vinden zij gauw te groot voor mensen. Daarmee laten ze kansen liggen,’ aldus Annelies Nanning, die zelf ook een achtergrond in de zorg en het welzijnswerk heeft.
Utrecht moet volgens de landelijke taakstelling zestig Nieuw Beschut werkplekken inrichten. WIJ 3.0 en SW-bedrijf UW vullen deze beschutte werkplekken samen in. Op het moment van ons gesprek, zijn er zestien aanmeldingen binnen. Annemies Nanning ziet een verschil tussen de (oude) beschut werkende SW-populatie en de nieuw aangemelde mensen. ‘Het belangrijkste verschil is de multiproblematiek. Als mensen behalve een beperkt arbeidsvermogen ook schulden hebben, een verleden als gedetineerde, een verstandelijke beperking of een verslaving, zijn zij kwetsbaar. Zij zijn vaak snel afgeleid en hebben intensieve begeleiding nodig. Binnen WIJ 3.0 kunnen we schakelen tussen ontspanning, activering en re-integratie. Onze samenwerkingspartners bieden schuldhulp of taalles. Door het brede palet aan participatiemogelijkheden, stromen bezoekers en deelnemers ook binnen de organisatie door. Als de 16-24 uur eis voor OpMaat bijvoorbeeld te hoog is gegrepen, zetten we eerst dagbesteding met Wmo-subsidie of vrijwilligerscoaching in of stromen onze deelnemers door naar samenwerkingspartners.’
(Te) groot aanbod
In Utrecht werken gemeente, UWV, buurtteams en zorgpartners al tien jaar samen in Aan De Slag in Utrecht. Die samenwerking maakt oplossingen op maat mogelijk voor een veelheid aan problemen. Soms lijken klanten door de bomen het bos echter niet meer te zien en gebeurt er niets, stelt Annelies Nanning. ‘Het grote aanbod kan onoverzichtelijk zijn en is te versnipperd. De indicatie voor beschut werk moeten mensen bijvoorbeeld zelf aanvragen bij UWV, terwijl de uitvoering weer in handen is van de gemeente. Voor zorg moet men naar een zorgaanbieder, voor ontmoeting naar het buurtcentrum. Iedere organisatie heeft in de eerste plaats een eigen opdracht. Zorgpartners nemen ‘werk’ tegenwoordig wel op in behandelplannen en wijkteams streven ook activering na, maar klanten kloppen met andere hulpvragen bij hen aan. Die worden eerst opgepakt. De doorverwijzing naar betaald werk door zorgaanbieders en wijkteams is mondjesmaat. De bedoeling van de Participatiewet en de transitie van zorg naar gemeenten is dat mensen herstellen door werk en de zorgvraag daardoor afneemt. Dat komt nog onvoldoende uit de verf.’
In beide gemeenten komen zorg, sociaal werk en arbeidsre-integratie en -participatie dichter bij elkaar. Gemeentelijke afdelingen Werk en Inkomen en Maatschappelijke Ondersteuning werken samen, zorg en bedrijvigheid sluiten in wijken op elkaar aan en hier en daar ontstaan mengvormen. Omdat werkleiders ook zorg bieden en sociale professionals zich richten op arbeidsre-integratie, kunnen meer mensen met een ernstige aandoening, ziekte of beperking werken dan voorheen. In multiproblemsituaties is de aansluiting tussen vraag en aanbod, zorg en arbeid het meest gecompliceerd. Maar arbeidsgehandicapten die vroeger met een busje naar de rand van de stad gingen om productiewerk te doen en je de hele dag niet zag, maken nu steeds meer deel uit van de samenleving.