Spīķeri in Riga started its fourth life as a vibrant cultural area. [Lees meer…] overCultural hotspot in Riga
Woningmarkt in de lift…. naar beneden
Het is voor woningcorporaties gemakkelijker geworden huurwoningen te verkopen en de economie trekt weer een beetje aan. Dus lezen we in de krant dat ‘de woningmarkt in de lift zit’. Dat heeft een opgewekte en positieve klank. Voor (aspirant) huurders met een laag of middeninkomen die niet willen of kunnen kopen, gaat de lift echter vooral naar beneden. Starters in bijvoorbeeld Amsterdam moeten onredelijk lang wachten op een sociale huurwoning, als ze er al voor in aanmerking komen. Doorschuiven naar een grotere, betaalbare huurwoning door gezinnen is vrijwel onmogelijk. Begane grondwoningen die bestemd zijn voor huurders met een beperking/medische indicatie, worden onttrokken aan het sociale bestand. Bij mij in de buurt kochten mensen een gelijkvloerse driekamerwoning op de begane grond voor hun studerende kind van 19 jaar. De woning werd eerst bewoond door een ouder echtpaar, waarvan één van de twee met een handicap. Ander voorbeeld. De Amsterdamse Czaar Peterstraat, waar in de jaren 80 nog de film Ciske de rat werd opgenomen, is zo’n straat in de lift. Maar liefst 500 huurwoningen zijn of worden gerenoveerd en verkocht. In de straat zijn tal van zogenoemde arbeiderswoningen van weleer te koop (zie foto). De winkels richten zich op mensen met de beter gevulde portemonnee. Excentrieke winkeltjes verkopen, in sjieke setting, kaas, juwelen, designkleding, vleesch, de betere koffie en kinderschoen, etc.
Niet dat ik terug wil naar de armoe van weleer en de ellende van te kleine woninkjes in de Czaar Peterstraat. Maar waarom niet meer goede, betaalbare huurwoningen? Laat huurders ‘meeliften’ op de woningmarkt, zorg voor voldoende huurwoningen en geef hen de keuze tussen betaalbaar huren of kopen.
Verlossing van schuld en boete? Onorthodoxe oplossingen voor onbetaalde rekeningen
Tijdschrift voor Participatie en herstel – juni 2015
Rembrandt van Rijn is nu goed voor een miljardenindustrie, maar bijna niemand weet dat de zeventiende-eeuwse Amsterdamse schilder stierf als een berooid man. Hij ging failliet en moest zowel zijn woning aan de Jodenbreestraat (het huidige Rembrandthuis) verkopen als het graf in de Oude Kerk van zijn overleden vrouw Saskia. Aan de Rozengracht liep hij een huurachterstand op. Schuldeisers namen schilderijen in beslag om z’n schulden te voldoen.
Armoe kan de besten overkomen. Met schulden is bovendien iets raars aan de hand. Wanneer uitkeringsontvangers ze hebben, zijn schulden een individueel probleem; zij moeten boeten omdat ze meer geld uitgeven dan ze bezitten. Dat een eigen woningbezitter een grote schuld (hypotheek) aanging om een huis te kopen, wordt normaal gevonden, ja zelfs gestimuleerd en beloond met hypotheekrenteaftrek. Banken zelf gaan megaschulden aan om geld met geld te kunnen maken en ook de overheid heeft schulden en wel van honderden miljarden euro. De laatste drie soorten schulden zijn kurken waarop de economie drijft en worden positief benaderd; zonder schulden geen economische groei. Een ander verschil tussen schulden van individuele huishoudens en die van bedrijven, banken en overheden is dat de eersten er persoonlijk voor moeten bloeden en de laatsten de kosten van hun schulden, kort door de bocht gezegd, op de samenleving kunnen afschuiven.
Deze ongerijmdheid en het feit dat problematische schulden toenemen én vaak onoplosbaar zijn, was voor het Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken reden een bundel samen te stellen over de mogelijkheden voor een alternatieve aanpak van schulden. In september 2014 verscheen Verlossing van schuld en boete. Onorthodoxe oplossingen voor onbetaalde rekeningen. De auteurs stellen dat schulden een maatschappelijk en geen persoonlijk probleem zijn. Omdat onverantwoorde kredietverlening en schulden vanzelfsprekend zijn in onze samenleving, moeten schuldhulp en schuldsanering uit de sfeer komen van straffen en beboeten. Temeer daar er in de hele ‘schuldenindustrie’ perverse prikkels zijn geslopen en er malafide incassobureaus zijn die onwetende schuldenaren op hoge extra kosten jagen. De achtergronden van (huishoudens met) schulden moeten meewegen in de ‘stafmaat’, de integrale aanpak in de oplossing ervan. Men zou bij schuldenaren onderscheid moeten maken tussen niet-kunners en niet-willers en maatregelen ‘op maat’ moeten treffen. In principe moeten schuldenaren hun verantwoordelijkheid nemen en terugbetalen, daarover geen misverstand in het boek. Maar soms is stabilisatie of kwijtschelding van schulden een betere of rechtvaardiger optie. Een deurwaarder zou tevens bewindvoerder kunnen zijn, om nieuwe schulden te voorkomen. Gedragsverandering is doorgaans effectiever dan stapeling van boetes en kosten. Jonge mensen kunnen leren van hun schulden, voor later, bijvoorbeeld in de Schuldencoöp. En herstel van de (vertrouwens)relatie tussen schuldeiser en schuldenaar kan meer helpen dan tussenkomst van de rechter.
De analogie tussen ‘verlossing’ van schuld en boete en de vergeving van (erf)zonden in verschillende religies in het boek, is goed gevonden. Die leidt echter niet tot praktische consequenties of aanbevelingen. De verdienste van de bundel is vooral het aanreiken van manieren om de menselijke maat terug te brengen in zowel de benadering van mensen met als de aanpak van schulden.
Verlossing van schuld en boete. Onorthodoxe oplossingen voor onbetaalde rekeningen, onder redactie van Stijn Verhagen, Lilian Linders en Marcel Ham, 2014, Van Gennep Amsterdam
Oranje Appeltje voor activeringsproject jonge asielzoekers
Politiek Nederland is in rep en roer over vluchtelingen. Een activeringsproject voor jonge asielzoekers krijgt echter gewoon een Appeltje van Oranje. Uit handen van koningin Máxima. [Lees meer…] overOranje Appeltje voor activeringsproject jonge asielzoekers
‘Als mensen levenslust voelen, kunnen ze weer wat.’
Ze ervoer de gesprekken met haar klantmanager altijd als ‘onveilig’. [Lees meer…] over‘Als mensen levenslust voelen, kunnen ze weer wat.’
Triodosbank weigert Proud bankrekening
Proud is de naam van een nieuwe belangenvereniging van en voor ‘sekswerkers uit de erotische dienstverlening’ in Nederland, zoals de website vermeld. De oude belangenvereniging, de Rode Draad, ging enkele jaren geleden failliet. Proud vecht voor ‘meer rechten, betere werkomstandigheden en positievere beeldvorming rond sekswerk’ en wordt daarbij ondersteund door wetenschappers en (mensenrechten)activisten.
Dat Proud geen rekening kan openen bij de duurzame Triodosbank maakt duidelijk wat het huidige klimaat is rond prostitutie in Nederland. Triodosbank heeft als missie ‘dat iedereen gelijke rechten moet hebben en de vrijheid om persoonlijke ontwikkeling en economische belangen na te streven, en daarnaast zijn verantwoordelijkheid moet nemen voor de gevolgen van zijn handelen voor de maatschappij en het milieu.’ Dat geldt kennelijk niet voor sekswerkers.
Prostituees ontbreekt het aan gelijke rechten en mede daardoor is de kans op seksueel geweld, machtsmisbruik, vrijheidsberoving en andere gruwelijkheden in de prostitutie groot. Kernwaarden van Triodos zijn onder andere ‘de wet respecteren en naleven, in elk land waar we actief zijn’ en ‘mensenrechten respecteren in verschillende samenlevingen en culturen.’ Dat sekswerkers meestal zijn uitgesloten van die rechten en de wetgever (volwassen) prostitutie in Nederland toestaat, telt niet? Die rechteloosheid (wel belasting betalen, maar geen krediet kunnen krijgen of bedrijfsruimte huren bijvoorbeeld) is juist de reden dat er belangenverenigingen zijn, net als voor werkenden in andere branches. Triodos geeft als reden dat Proud ‘geen diensten verleent aan zakelijke relaties die zich met hun activiteiten in de sector pornografie begeven’. Let wel, het gaat Proud om vakbondsactiviteiten, zoals voorlichting over rechten en regelingen.
Mensenhandel, gedwongen prostitutie en sekswerkers die slachtoffer zijn van bendes/maffia; ze zijn volop in het nieuws. Tussen de 20-80% van de vrouwen zou het werk gedwongen doen, zelfs over de cijfers lopen schattingen en meningen uiteen. Overheden, politie, justitie en hulpverlening slagen er niet in vrouwenhandel en gedwongen prostitutie met bestaande wetten tegen misstanden en geweld substantieel tegen te gaan, laat staan te voorkomen. Daarom bindt men de strijd aan met prostitutie als zodanig. Zo is de prostitutiezone in Utrecht gesloten, die in Amsterdam drastisch gekrompen, zonder dat er veilige werkplekken voor terugkwamen. In Alkmaar, Den Haag en Eindhoven deed de politie invallen in rosse buurten en nam alle prostituees mee voor verhoor, vrijwel zonder ‘vangst’ van criminelen.
Je zou denken dat (ex-)sekswerkers die het heft in eigen hand (willen) nemen en voor hun rechten opkomen, juist alle steun verdienen. Met de criminalisering van prostitutie, het framen van prostituees als louter slachtoffers, hen uitsluiten van rechten en het verachten en publiek vernederen van seksueel zelfbewuste vrouwen (‘kankerhoer’ op straat is geen compliment) zijn we terug bij af.
Als het de autoriteiten niet lukt van om gedwongen prostitutie en vrouwenhandel van bovenaf een halt toe te roepen, dan ga je toch niet de strijd voor gelijke rechten van onderop dwarsbomen? De vrouwen (en mannen) die hun arbeids- en leefomstandigheden willen verbeteren hebben steun nodig, net als de vrouwen die tegen haar wil in de prostitutie werken.