• Spring naar de hoofdnavigatie
  • Door naar de hoofd inhoud
  • Spring naar de eerste sidebar
Annemiek Onstenk Journalist

Annemiek Onstenk Journalist

tekst, redactie & research

  • Home
  • Tekst
  • Redactie
  • Research
  • CV
  • Klanten
  • Contact
  • Kanaalpost

Weblog

Mijmeren in Transvaal

27 september 2010 door Annemiek Onstenk

Op zaterdag 25 september werd de samenvoeging van Oost/Watergraafsmeer en Zeeburg in mei van dit jaar cultureel ingezegend met een heuse bruiloft. Een Indische prinses en een zeerover kwamen, vanuit respectievelijk de Indische buurt en de Transvaalbuurt, in een kleurige en swingende jalan jalan optocht naar het Oosterpark, waar het huwelijk tussen de stadsdelen werd voltrokken. Het spektakel was onderdeel van het jaarlijkse kunst en cultuurfestival Rode Loper in Amsterdam Oost. Maar de stoet met de bruidegom vertrok van een ander festival, dat op dezelfde dag plaatsvond: Allemaal in Transvaal. Dit festival was voor de eerste keer georganiseerd en moest uitdrukking geven aan de kracht en potentie van de buurt, met het Krugerplein als centrum. ‘Transvaal bruist’, zo zet stadsdeel Oost het zelfbewuste Transvaal de laatste tijd op de kaart. Ik kan, als een van de vele neergestreken zelfstandigen zonder personeel, bevestigen dat de buurt boeit en bloeit. Er is veel nieuwe kleinschalige bedrijvigheid, een trendy café/restaurant en creatieve initiatieven. Voorbeelden van die laatste zijn een mobiele picknicktafel, Stuifmeel Ideeën en HEIM. HEIM is een kunstproject over Thuis zijn en Thuis voelen. Samen met kunstenaars van Moving Arts Project maken bewoners minivoorstellingen, exposities, etc. in hun huiskamer of op onbekende plekjes in de wijk. Het is een vorm van community art waardoor buurtgenoten zich voor elkaar (moeten) openstellen, om elkaar beter te leren kennen, begrijpen en waarderen.

Ik ben, als betrokken buurtondernemer, zaterdag 25 september naar het Krugerplein getogen. In plaats van ‘Allemaal’ bleken slechts enkele deelnemers afgekomen te zijn op de Balkan jazz, Surinaamse bara’s, Turkse pizza’s, het schminken, een kopje thee aan de mobiele picknicktafel en de informatiestands met het lokale welzijns- en sportaanbod (‘Dynamo beweegt tot meedoen’.) Het aantal mensen dat er beroepsmatig was, overtrof het aantal bezoekers verschillende malen. Is het cynisme over de (on)mogelijkheden van de multiculturele samenleving ook hier neergeslagen, dacht ik. Zitten bittere PVV-stemmers nu achter hun gordijntjes naar deze goede multiculti bedoelingen te gluren en blijven ze uit protest een dagje binnen? Is de creatieve infrastructuur niet topzwaar en het draagvlak voor ‘allemaal meedoen’ niet te gering? Zie je uitgerekend in dit stuk Amsterdam, waar de namen Transvaal en Indische buurt nog verwijzen naar de eeuwenlange multiculti avonturen van Nederlanders in Zuid-Afrika en Indië, het failliet van de multiculturele samenleving, zo stond ik te somberen. Of is de door het hedendaagse anti-islamisme waarneming zo vertroebeld dat je door de problemen de power niet meer ziet?

Toen de jalan jalan voor de wijkse huwelijksceremonie door de straten danste, doken opeens allerlei groepjes kleurigheid op die zich aansloten bij de stoet. Het werd een optocht als op een Venetiaans gekostumeerd en gemaskerd bal. Voorop een jongen met een groot roze en bewegend hoofd van papier-maché. Dan een Antilliaanse steelband, met kleine meisjes en jongetjes op kop, gevolgd door tientallen geschminkte kinderen en volwassenen met grote dierenfiguren op stokken en mensen met een bruidsschat voor de Indische prinses. Het Amsterdams Toeters & Bellen straatorkest sloot de rijen. De overgave op de gezichten van de swingende kinderen en jongeren, hun gestreken kleren, hun ingestudeerde pasjes en trommels, de magische afbeeldingen en weemoedig stemmende muziek: het was roerend. Hun wereld, mijn wereld, hun buurt, mijn buurt. Laat Oost, de stad, het land gvd niet naar de kloten gaan.

We naderden de plek waar Theo van Gogh is vermoord. In het Oosterpark liet ook Mohammed B. zijn sporen na. Als ‘die kinderen’ ook buiten de jalan jalan maar in de pas lopen, dacht ik correct en vermande me.

Categorie: Amsterdam Centraal, Weblog

Huis voor democratie en rechtsstaat bewoonbaar?

16 september 2010 door Annemiek Onstenk

Stadhuis Gouda

Nederland krijgt een Huis voor democratie en rechtsstaat, in Den Haag. Het Huis, voor kennisoverdracht en debat over het functioneren van de democratie en de rechtstaat, komt vlakbij het echte huis voor de democratie, de Tweede en Eerste Kamer en wordt in 2013 opgeleverd. Op 15 september, Internationale Dag voor de Democratie, werd alvast een voorproefje gegeven van wat de bedoeling is. Onder leiding van multimedia journalist Prem Radhakishun vond een debat plaats over de vraag ‘Een minderheidskabinet, een zegen voor de democratie?’, of liever gezegd, een ‘debat’. Prem stelde de vragen, gasten als Jan Terlouw, Kars Veling, Mei Li Vos en Frits Huffnagel mochten (kort) reageren. De zaal, een theater, was half gevuld met Haagse scholieren. De andere helft van het publiek bestond uit (grijze) leden uit de Eerste en Tweede Kamer, waaronder voorzitter Gerdi Verbeet en PVV’er Hero Brinkman, en oud-prominenten als Wim Deetman. Prem overhoorde de scholieren over democratie en rechtstaat. De (voormalige) politici, in ander verband al snel mastodonten genoemd, duwde hij af en toe onverwacht een microfoon onder de neus.

Een debat werd het niet, eerder een show. Hero Brinkman maakte reclame voor het fenomeen minderheidskabinet (‘goed voor de democratie, biedt de oppositie kansen’). Maar er was geen gelegenheid hem te vragen waarom zijn partij, zelf geen voorbeeld van democratie, er dan geen deel van zal uitmaken. Ook kon hij nog eens getuigen van het anti-EU sentiment van de PVV, en roepen dat zijn club never nooit zou instemmen met toetreding van Turkije tot de EU. Eurocommissaris Reding, die deze week Sarkozy op de vingers heeft getikt vanwege het on-EU-wettig uitzetten van groepen Roma, zal zeker extra in de gaten houden wat de Lage landen onder Rutte & Co doen met de rechten en vrijheden van EU-burgers in Nederland.

Als het eerste naoorlogse minderheidskabinet in Nederland er komt, is het in duisternis tot stand gekomen. Linkse oppositiepartijen, buitenspel gezet in het (in)formatieproces, nemen uit armoe hun toevlucht tot het spreken van schande over het ‘schofferen van koningin Beatrix’ door Rutte & Co, terwijl zij zelf het koningshuis volgens hun verkiezingsprogramma het liefst alle niet-ceremoniële functies zouden ontnemen.

Of er verlichting komt in het Huis voor democratie en rechtsstaat en of het bewoonbaar wordt verklaard, is onduidelijk.

Categorie: Politiek Tags: minderheidskabinet

Zus

5 augustus 2010 door Annemiek Onstenk

Of ze wist wat kanker was, vroeg de oncologie wijkverpleegkundige. Ja, dat wist m’n zus wel, want de ziekte was voor de zoveelste keer terug. En hoe. Een rolstoel en een rollator had ze al, want lopen ging steeds moeilijker. Mijn zus en zwager lieten de verpleegkundige langskomen om te bespreken welke terminale zorg er mogelijk was, waar ze eventueel een bed moesten bestellen voor in de huiskamer als m’n zus de trap naar de bovenverdieping niet meer op zou kunnen, etc. Het stadium van de folders die de professional hen tevergeefs bleef aanbieden, waren ze allang gepasseerd.

Mijn zus heeft, met tussenpozen, elf jaar kanker gehad en er alles aan laten doen wat de artsen van het plaatselijke ziekenhuis haar konden bieden. Internet of de wereld afstruinen voor de nieuwste of beste behandelmethoden deed ze niet, net zo min als zich aansluiten bij een patiëntenvereniging of lotgenotengroep. Ze focuste op haar eigen artsen en verder geen poespas. En met succes, de behandelingen sloegen aan. Steeds doken echter, na een aantal jaar, weer nieuwe tumoren op, op andere plekken, die ze blijmoedig en met het geduld en de vasthoudendheid van een overlever steeds opnieuw liet behandelen. Ze werd vijf keer kaal, m’n lieve zus, en, na de derde keer, ook grijs. De behandelingen en kanker gingen ten koste van haar gebit, dus liet ze haar eigen tanden vervangen door een kunstgebit. Terwijl ze herstelde van haar eerste operatie en dus ‘in de Ziektewet zat’, zoals dat toen nog heette, werd ze wegens ‘overtolligheid’ ontslagen bij speelgoedfabriek Jumbo. Maar ze vond een nieuwe baan. Ze lag geregeld in het ziekenhuis en kwam daar elke keer weer beter uit, al was de medische boodschap duidelijk: ongeneeslijk. Kanker werd deel van haar persoon, ze ervoer het niet zozeer als ziekte. ‘Afkloppen maar, ik ben nooit ziek,’ zei ze niet lang geleden, sterk vermagerd. Het moest wel heel erg zijn, wilde ze niet op haar werk verschijnen. Ze ontkende niet dat ze kanker had (zo was bijvoorbeeld de keuze voor de begraafplaats  al gemaakt), maar het was, zolang mogelijk, een bijzaak.

De afgelopen maanden begonnen slechte berichten en perioden elkaar sneller op te volgen. Dagen achtereen was ze hondsberoerd. Daar zat ze niet mee, daar ging ze bij liggen en zodra het over was, ging het weer goed. Dan gingen de armen omhoog als Ajax scoorde of als ergens een ringtone met een favoriet deuntje te horen was. De actieradius werd echter kleiner en met werken moest ze stoppen. Maar op vakantie gaan naar de Middellandse Zee met haar man, de liefde van haar leven, lukte. Met een big smile staat ze op de foto: in haar rolstoel bij een restaurant, geparkeerd op een parkeerplaats met een bordje voor gehandicapten. ‘Breng mij m’n eten maar hier’, zei ze. Vorig jaar al had ze bij mij, aan het Amsterdamse IJ,  een plaatsje eerste rang geboekt voor de intocht van Sail 19 augustus aanstaande. Maar de schepen kwamen te laat.

Begin augustus 2010 is ze overleden, mijn powerzus, 46 jaar, de jongste van het Onstenken-gezin van weleer. Fysiek haar krachten volledig opgebruikt, gaf ze zich, na haar laatste kwinkslagen, ook mentaal over aan het onvermijdelijke. Alsof ze een aan/uitknop omzette: jarenlang hield ze de vinger op On gedrukt, nu drukte ze op Off.

Categorie: Family matters, Weblog

Oorzaak zelfdoding Ggz onafhankelijk toetsen

7 juli 2010 door Annemiek Onstenk

Omdat zelfmoorden door cliënten in de geestelijke gezondheidszorg (Ggz) niet samen hoeven te hangen met tekortkomingen in de zorg, hoeven zorgaanbieders vanaf 2011 niet meer alle gevallen van zelfdoding te melden bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg.

In drie gevallen moeten de instellingen nog wel melden: wanneer de betrokken psychiatrische cliënten zijn opgenomen met een rechterlijke machtiging of een inbewaringstelling, als cliënten beperkingen zijn opgelegd, zoals separeren en ten slotte als de Ggz-instelling zelf denkt dat de suïcide te maken heeft met tekortschietende zorg.
Vooral die laatste voorwaarde is een ‘zachte’. Wat als de leiding van een psychiatrisch ziekenhuis meent dat de levensbeëindiging van een cliënt niets van doen heeft met de behandeling of bejegening en nabestaanden juist menen dat dat wél het geval is? In de nieuwe situatie wordt deze levensbeëindiging niet meer gemeld bij en onderzocht door de inspectie. De nabestaanden rest dan berusting of een lange gang door klachtencommissie en beroepsprocedures.

Het volgende voorbeeld laat zien dat zoiets niet denkbeeldig is. Een cliënte van een Ggz-instelling in Brabant maakte ruim een jaar geleden mee dat een vriendin en voormalig medepatiënte een einde aan haar leven maakte. Zij legt een direct verband tussen de zelfmoord en de onrust die ontstond op de afdeling waar zij beiden verbleven, over veranderingen in hun behandeling, vertrek van personeel en de uiteindelijke opheffing van de afdeling. Zijzelf is inmiddels opgenomen in een andere instelling, maar ze wil het lot van haar vriendin aankaarten. Ze meldt zich bij een provinciale patiëntenbelangenorganisatie, de cliëntenraad van de betrokken instelling, de patiëntenvertrouwenspersoon en de klachtencommissie. Ze doet haar verhaal, maar ze vindt uiteindelijk geen gehoor voor haar klacht dat onzorgvuldig is of zou zijn gehandeld.

De bewuste Ggz-instelling op haar beurt bevestigt dat er een klacht is geweest naar aanleiding van de, door cliënten omstreden, veranderde behandelwijze, de opheffing van hun afdeling en de zelfdoding. Maar stelt dat de klacht ongegrond is verklaard en de zelfdoding los stond van de situatie op de afdeling. De suïcide is, volgens het nog geldende protocol, gemeld aan de inspectie, maar die zag geen reden tot verder onderzoek. Einde verhaal, want er zijn geen verdere beroepsmogelijkheden.

Cliënte kan de zaak maar moeilijk afsluiten en vindt het zo frustrerend geen gehoor te vinden voor haar klacht dat ze zich tot een journalist wendt. “Het blijft aan me knagen. Voor mij blijft als ’n paal boven water staan dat mijn vriendin door haar depressie gesleept had kunnen worden als ze nog terecht had gekund op de afdeling waar ze zo vertrouwd was en waar ze met respect bejegend werd.”

De journalist kan geen vinger krijgen achter de zaak, zo die al een eenduidig verloop kende. Zij kan, vooralsnog, niets anders concluderen dan dat de Inspectie voor de Gezondheidszorg de vraag of een zelfmoord in een Ggz-instelling samenhangt met de geboden zorg, getoetst moet worden door een onafhankelijke derde en niet door de instelling zelf.

Categorie: Weblog Tags: Ggz, zelfmoord

Het geheim van tante

1 juli 2010 door Annemiek Onstenk

Overal in de stad zijn de afgelopen jaren Denktanks sociale cohesie aan het werk geweest. Een denktank bestaat uit een groep meer of minder succesvolle wijkbewoners van diverse pluimage en is zelf een voorbeeld van actieve burgerparticipatie dat sociaal weeft. De deelnemers buigen zich op verzoek van hun stadsdeel over vragen als: hoe komen verschillende bevolkingsgroepen met elkaar in contact, hoe worden ze betrokken bij hun wijk en hoe kan radicalisering worden tegengegaan?

In juni 2010 presenteerde de Denktank sociale cohesie Zeeburg haar aanbevelingen. Plaats van handeling: een politieke markt in stadsdeelkantoor Oost, waar buurtbewoners, maatschappelijke organisaties en nieuwgekozen deelraadsleden kennis maakten en ‘handel’ dreven. De Denktank Zeeburg werd geleid door kinder/jeugdpsychiater Glenn Helberg, tevens voorzitter Overlegorgaan Caribische Nederlanders.

Om uitsluiting van mensen tegen te gaan en sociale samenhang te bevorderen keek de Zeeburger denktank vooral naar onderwijs, ondernemerschap/werkgelegenheid en eigen initiatieven van bewoners. Hiervan verwacht men meer bindende kracht dan van eenmalige projecten van buurtcentra of jaarlijkse barbecues. In overleg met wijkbewoners wees de denktank bijvoorbeeld scholen aan als plaatsen waar mensen al vanzelf samenkomen. Deze ontmoetingsfunctie kan worden uitgebreid (en hier en daar gebeurt dat al) door andere activiteiten in en om schoolgebouwen te organiseren dan het onderwijs waar een school voor is bedoeld, zoals buurtfeesten, toernooien en kindertheater. Migrantenouderen in schoolklassen hun levensverhaal laten vertellen en geïsoleerde allochtone vrouwen op de basisschool van hun kinderen koppelen aan autochtone taalmaatjes zijn andere voorbeelden die (kunnen) bijdragen aan wederzijds begrip en contact tussen verschillende groepen buurtbewoners.

Veel verwacht de denktank ook van het groeiend aantal maatschappelijk betrokken ondernemers, zzp’ers en kunstenaars in de wijk. De leefbaarheid, het zich thuis en veilig voelen van wijkbewoners komt mede onder druk te staan als er veel werk- en schoolloze jongeren op straat zijn. Ondernemers kunnen een rol vervullen als rolmodel, door het bieden van korte trainingen, stage- of leer/werkplekken en werk, etc.  In Zeeburg doen creatieve ondernemers van het Timorpleincomplex (StayOkay, Studio K) en Het geheim van tante Gerritje (buurtatelier voor kinderen) dat ook al.

Opvallend is dat de Zeeburger denktank bij het bevorderen van sociale samenhang geen taak lijkt te zien voor welzijnsorganisaties. Terwijl o.a. zij – in opdracht van gemeente of stadsdeel – de leefbaarheid en sociale cohesie in wijken moeten bevorderen (taak 1 in de Wet maatschappelijke ondersteuning, Wmo). Integendeel zelfs. ‘Productiehuizen’, zoals buurthuizen tegenwoordig heten, ‘realiseren overwegend incidentele projecten met een focus voor de korte termijn’, staat in het eindverslag van de denktank sociale cohesie Zeeburg. Diepte-investeringen in netwerken en terugkerende samenwerking tussen uiteenlopende mensen, vindt de denktank zinvoller omdat de resultaten daarvan meer beklijven.

Op het landelijke Wmo-congres over Welzijn nieuwe stijl, in mei 2010, pleitten verschillende lokale bestuurders ook voor koppeling van welzijn aan wonen, werk en onderwijs. ‘De Wmo moet breed worden ingevuld’, luidde het daar.

Nu is er niets mis met initiatieven op dit vlak van scholen en ondernemers zelf. Als een basisschool ouderen uit de buurt vraagt te komen voorlezen in de klas en daarmee mogelijk tegelijk iets doet aan hun eenzaamheid en isolement: uitstekend. Maatschappelijk bevlogen ondernemers die stage- en leer/werkplekken aanbieden of hun werknemers een dag in het jaar als vrijwilligers een kinderboerderij of speeltuin laten opknappen: prima. De buurt wordt er beter van, het sociaal weefsel hechter.

Maar onderwijs en bedrijfsleven vanuit de lokale overheid een extra maatschappelijke (en wettelijke Wmo-)taak geven, lijkt me niet de bedoeling. Over de kwaliteit van het basis-, voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs is veel te doen. Leerlingen in het voortgezet onderwijs blijken lang niet allemaal te beschikken over de kennis en vaardigheden waarmee ze de basisschool hadden moeten afsluiten. Scholen nemen bovendien al belangrijke extra taken voor hun rekening: opvoeding en zorg. Die moeten we niet nog meer belasten, behalve als zij er zelf voordeel van hebben, zoals bij (groot)ouderparticipatie in de klas.

Wijkgebonden bedrijven als winkels, garages, kantoren, kunstenaars en zzp’ers kunnen vanuit hun eigen core business en expertise bijdragen aan het bevorderen van sociale samenhang. Door mee te doen aan festiviteiten, kennis en vaardigheden te delen en over te dragen op jongeren, sponsoren en investeren in buurtvoorzieningen. Meer moeten we niet willen.

Maatschappelijke bemoeizorg uit andere dan daarvoor gekwalificeerde branches bevordert namelijk niet alleen sociale samenhang maar ook de deprofessionalisering van sociaal werk en competentiestrijd met professionals uit de sociale sector. Met die laatsten heeft de Zeeburger denktank kennelijk weinig op, maar kunnen zíj niet beter hun blikveld verbreden en uit hun productiehuizen komen dan meesters, juffen en ondernemers uit hún ‘productiehuizen’?

Categorie: Amsterdam Centraal, Weblog Tags: maatschappelijk betrokken ondernemer, productiehuis

Geloven in genezing

30 mei 2010 door Annemiek Onstenk

Een Nederlandse man, geboren uit Colombiaans/Antilliaanse ouders, heeft een klacht over zijn behandeling bij De Hoop, een instelling voor evangelische hulpverlening in Dordrecht. Hij is daar naar eigen zeggen “met meer problemen weggegaan dan gekomen”. Enkele jaren geleden klopte hij bij De Hoop aan voor residentiële hulp vanwege familie- en relatieproblemen en verslaving aan alcohol en drugs. “Ik had hen gevonden via Google; dat christelijke maakte me niet uit”. Er werd een behandelplan opgesteld, maar in plaats van de gevraagde individuele hulp kreeg hij groepstherapie. En in plaats van de verwachte gesprekken met hulpverleners kregen hij en anderen te verstaan dat hij zich tot God moest wenden. “Ik had het gevoel dat het een sekte was, die me wilde inpalmen”.

In de zeven maanden dat de man was opgenomen in de woon/werkgemeenschap van De Hoop, raakte hij achterop met de betalingen van de huur en energierekeningen van zijn woning. Zijn begeleider zette hem er toe aan die op te zeggen. Omdat hij zich niet prettig voelde bij De Hoop en er in conflict kwam met zijn omgeving, is hij vertrokken.

De maanden erna kwam hij in moeilijkheden met zijn verhuurder, de NUON en de Sociale dienst én raakte hij in een ernstige depressie, volgens hem mede als gevolg van zijn verblijf bij De Hoop. Een vriendin diende namens hem een klacht in, die ongegrond werd verklaard. Omdat hij nu, jaren later, nog kampt met problemen die volgens hem op De Hoop zijn terug te voeren, zoekt hij contact met een journalist. De klacht is dat de instelling hem “geestelijke schade” toebracht, dat “zijn zelfvertrouwen weg” is, dat hij “is gedecodeerd” en dat “zijn persoonlijkheid is afgebroken”, dat hij van een “positief in het leven staand mens” een “wantrouwend persoon” is geworden en dat hij in een “maatschappelijk isolement” zit. Ook het woord ‘brainwash’ valt. Andere cliënten van zijn afdeling (gemeenschap), zouden vergelijkbare negatieve ervaringen hebben.

De Hoop is een van een keurmerk voorzien, op kiesBeter.nl vermelde en bij Ggz Nederland aangesloten zorginstelling op Bijbelse grondslag die in 2010 35 jaar hulp verleent, tegen normale voorwaarden van de zorgwet en zorgverzekeraars. De prestaties van De Hoop worden, net als die van andere instellingen, gemeten in de jaarlijkse Ggz-thermometer van brancheorganisatie Ggz Nederland. De uitkomsten van metingen bij De Hoop wijken nauwelijks af van landelijke gemiddelden. Rond informatievoorziening van cliënten scoort De Hoop weliswaar iets minder, maar in de waardering voor de behandeling weer iets beter dan gemiddeld. De Colombiaans/Antilliaanse man die mij benaderde hoort bij de groep cliënten die minder tevreden of ronduit negatief is over de behandeling. Voor De Hoop geldt dat voor ongeveer 10% van de cliënten, bij collega-instellingen is die groep gemiddeld groter, tussen 13-20%.

Maar omdat zijn klacht ernstig is, neem ik, vanuit het journalistieke principe van hoor en wederhoor, toch contact op met De Hoop en maak een afspraak met drie leden van de gastenraad, zoals de (wettelijk verplichte) cliëntenraad hier heet.  Of zij door God of de leiding zijn ingefluisterd of niet: zij staan pal voor De Hoop. Af en toe bereiken hen klachten over de behandeling, maar deze is hen onbekend. Mijn drie gesprekspartners zijn, voordat zij bij De Hoop kwamen, elders in behandeling geweest. De Hoop is voor hen de betere, mildere en menselijker instelling. “Mijn vorige behandelaar meende dat ik het toch niet zou redden (om af te kicken, AO) en stuurde me weer de straat op,” zegt een man die nu vijf jaar bij De Hoop in therapie is. En een vrouw met een alcoholverslaving: “In de reguliere opvang, waar ik eerst zat, worden zowel je gedragspatroon als je persoon afgebroken, en vervolgens weer opgebouwd. De Hoop is ook gericht op gedragsverandering, maar je wordt tijdens de behandeling met meer zorg omgeven”.

De gasten zijn ware ambassadeurs en vertellen trots van de leer/werkplaatsen voor de arbeidsre-integratie van cliënten, de ouder/kindplaatsen waar gezinnen met een verslaafde ouder kunnen verblijven, het financieringsfonds voor omscholing van cliënten en de nazorg van De Hoop.

En het geloof? “Geloven mag, De Hoop stelt het niet verplicht,” zeggen ze, net zo min als de zondagse diensten. Maar bij de intake tekenen gasten van De Hoop wel een overeenkomst over de behandeling op Bijbelse grondslag, “daar kiest men voor”.

Ik blader door de Nieuwsbrief van De Hoop van mei 2010, met o.a. een artikel over de christelijke hulpverlening. Anders dan de reguliere hulpverlening, zo lees ik, staat bij De Hoop ‘niet de methode, maar een ontmoeting met de Here Jezus centraal’. Bij De Hoop is men van mening dat genezing van verslaving, psychosociale of psychiatrische problematiek het werk van God is (“Zijn woord is als een medicijn voor mij,” wordt een cliënt geciteerd), niet van hulpverleners. Geluk en gezondheid zijn ook ‘niet het hoogste doel’ van de hulp van De Hoop. Dat is ‘dat iemand optimaal kan leven tot Gods eer’.

Aan de Ggz-thermometers van 2008 en 2009 met de scores van De Hoop, zit een pagina gehecht met antwoorden op de open vraag aan cliënten wat de christelijke identiteit van de instelling voor hen betekent. Om er enkele te noemen: “Er is niks beters dan het christelijk geloof”, “God=herstel”, “Bevestiging van wie ik ben in Christus”, “Dat je er met Gods hulp komt” en “Dat ik alleen met God acceptatie vind en clean kan zijn”.

Ik kan me – ondanks de relatief gunstige scores van De Hoop – voorstellen dat m’n Colombiaans/Antilliaanse man zichzelf er een beetje kwijtraakte.

Categorie: Weblog Tags: brainwash?

  • « Ga naar Vorige pagina
  • Pagina 1
  • Interim pagina's zijn weggelaten …
  • Pagina 18
  • Pagina 19
  • Pagina 20
  • Pagina 21
  • Pagina 22
  • Interim pagina's zijn weggelaten …
  • Pagina 26
  • Ga naar Volgende pagina »

Primaire Sidebar

Weblog
  • Taalapartheid
    Zoals witte daders van misdrijven geen kleur hebben, hebben jongens en mannen in de media geen geslacht. Vrouwen en meisjes ...
  • Open brieven van Lidija Tsjoekovskaja (1907-1996)
    ‘Het woord van de waarheid is onoverwinnelijk, een triomf van de geest,’ aldus schrijver Lidija Tsjoekovskaja in 1974 . Onlangs ...
  • Toegankelijk 3.0
    ‘Mag ik voor je bidden?’ vraagt een omstander de jonge student in een rolstoel. ‘Zal ik je helpen oversteken,’ zeg/vraagt ...
  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • ...
  • 51
  • >>

Artikelen

Selecteer subcategorie
category
6840246bf0301
1
1
27
Loading....

Volg mij op

  • LinkedIn

© 2025 Annemiek Onstenk, journalist | Tekst, redactie & research | Techniek WordPress | Realisatie Zin in Webdesign